ChatGPT, verdomde smartass

Column Albert Verschure

In het begin was ik er wat sceptisch over. ‘Ga weg met die kunstmatige meesterbreinen, ik kan het zelf!’, was mijn eerste reactie. Dat is geen bluf. Ik heb immers voor mijn vak gestudeerd en ken de wet- en regelgeving redelijk uit mijn hoofd. Maar wat me nu toch overkomen is. Ik durf het haast niet met je te delen, maar ik doe het toch.

Gloeiende bloedhekel

Het zal je niet verbazen dat wij accountants nog steeds dingen moeten doen waar we een gloeiende bloedhekel aan hebben. Namelijk ons bezighouden met allerlei juridische en fiscale regeltjes en ze vastleggen, afgewisseld met het uitwerken van verslagen die aan allerlei ingewikkelde voorwaarden moeten voldoen aan een bepaald voorgeschreven format. Klinkt dit aantrekkelijk? Juist. Dat bedoel ik. Afijn, vorige week heb ik, notabene op een vrijdagmiddag, veel tijd besteed aan het opmaken van een complex dossier dat om formele oorzaakanalyses vraagt met ingewikkelde stroomschema’s. De maandag erop liet ik het trots aan mijn waardige collega op kantoor zien. Vertelde ze prompt dat ze met precies hetzelfde dossier bezig was geweest. Ze trok iets open dat er werkelijk uitzag om door een ringetje te halen. Nog voordat ik haar kon complimenteren, zei ze doodleuk: ‘ChatGPT. Twee minuten.’ Ik op mijn beurt kon alleen maar denken: ChatGPT, jij verdomde smartass…

Stompzinnige robot

Natuurlijk behoort deze robot tot de geneugten des levens. Artificial intelligence is een onwijs groot gemak, een feest. Je hebt er geen taart of slingers voor nodig. Als je er mee om weet te gaan, kom je een heel eind. Toch bleef ik die dag met een knagend gevoel rondlopen. Dat wat ik met moeite als een nitwit uit de vorige eeuw in een geloofwaardig bestand had weten te flansen, leek ineens een volstrekt zinloze bezigheid. Eentje die pardoes om zeep wordt geholpen door een stompzinnige robot. Mijn besluit staat vast. Ik ga AI om zeep helpen, anders gaat mijn ego eraan. Het kan tenslotte niet altijd feest zijn.