Per 1 januari 2022 is de werkwijze rond ziekmelding en de verrekening van loonkostensubsidie bij ziekte gewijzigd. Hierdoor wordt het voor u als werkgever eenvoudiger om iemand met loonkostensubsidie in dienst te nemen.
Hoe was het voorheen geregeld?
Tot en met 31 december 2021 moest een werkgever een werknemer voor wie hij loonkostensubsidie ontvangt bij ziekte, bij twee loketten ziek- en betermelden: bij het UWV (vanwege de no-riskpolis) én bij de gemeente (vanwege het stopzetten en hervatten van de loonkostensubsidie). Dit systeem leidde tot allerlei verrekeningen tussen gemeenten, UWV en werkgevers vanwege de samenloop van de no-riskpolis en loonkostensubsidie. Dit is nu vereenvoudigd.
Loonkostensubsidie loopt per 2022 door
Per 1 januari 2022 blijft de loonkostensubsidie bij ziekte gewoon doorlopen. Gemeenten en uitvoerders hoeven achteraf geen loonkostensubsidie terug te vorderen. Het UWV past de no-risk Ziektewetuitkering aan op basis van de vastgestelde loonwaarde. Werkgevers hoeven iemand die met loonkostensubsidie werkt voortaan alleen nog maar bij het UWV ziek te melden en niet langer ook bij de gemeente.
Berekening
Het UWV berekent de uitkering voor de betreffende werknemer door het uitkeringsbedrag met het loonwaardepercentage dat de gemeente aan het UWV doorgeeft te vermenigvuldigen. De uitkomst is de uitkering voor de werknemer. Het loonwaardepercentage is de arbeidsprestatie van een werknemer uitgedrukt in een percentage van de arbeidsprestatie van een gewone, vergelijkbare werknemer in die functie. De gemeente stelt het loonwaardepercentage vast. Dit is een percentage van het wettelijk minimumloon. De loonwaarde voor de berekening is minimaal 30%. Dit is wettelijk vastgelegd. Per 1 juli 2021 geldt er één uniforme systematiek voor de bepaling van de loonwaarde.